Welkom

Inhoud

Inleiding

Andere tractie

Spoorwijdte

Producenten

Import & handel

Eigenaars

Materieel

Links

Contact

Nieuw

Zoeken

 

 

Stoomtractie smalspoor

Stoomtractie normaalspoor

Motortractie smalspoor

Motortractie normaalspoor

 

Deutz licentie van Spoorijzer

 

(Klöckner-Humboldt-Deutz) stopte al in 1965 met alle locomotiefbouw. Maar eerder nog, omstreeks 1960, vond Deutz de bouw van smalspoorlocs niet meer binnen het concern passen, vanwege de ingezakte verkoop en het verouderde ontwerp. Deutz besloot zich op zware locomotieven te concentreren en gaf een licentie aan SIJ voor twee types smalspoorlocs, namelijk de A2L514 en de A4L514. Zoals gebruikelijk bij Deutz sloegen deze aanduidingen op de motoren: een tweecilinder dieselmotor van 28 pk en een viercilinder van 55 pk.

Licentiebouw leek aantrekkelijk voor beide partijen: Deutz kon een aantal motoren afzetten; SIJ kon makkelijker locs in het buitenland verkopen, omdat Deutz oude klanten naar SIJ verwees. Inderdaad zijn alle locs (voor zover bekend) naar het buitenland gegaan.

A2L Lizenz.JPG

 

Hier staan twee fragmenten van wat een gewone, tweezijdig bedrukte Deutz folder lijkt.

 

← Op de cabine zit een ovale Deutz fabrieksplaat. Slechts weinig verraadt dat deze A2L514 locs niet door Deutz, maar door Spoorijzer gebouwd worden:

Op de voorkant  staat in bescheiden letters Lizenz (licentie).

 

Normaliter zou Deutz het type hebben aangeduid met A2L514F, waarbij de F de afkorting voor Feldbahn is. De F is hier echter weg gelaten. Dat gebeurde vaker; het zal niets met de licentie te maken hebben. Een soortgelijke folder was er voor de A4L514.

 

Op de achterkant staan onder de volledige naam van de firma Deutz de adresgegevens van de firma Spoorijzer, weer in een bescheiden lettertype

 

A2L Lizenz Adres.JPG

 

Motoren en versnellingsbakken [1]

Deutz gaf niet alleen locs, maar ook motoren een fabrieksnummer. Verreweg de meeste motoren werden immers niet in locs ingebouwd. Elke cilinder werd apart genummerd. Een tweecilindermotor heeft dus twee opeenvolgende nummers. Volgens het Deutz archief [1] kocht SIJ in 1960-1961 achttien tweecilinder motoren (28 pk) en zes viercilinder motoren (56 pk) – met bijbehorende versnellingsbakken – in verband met de licentie:

 

Type

Motornummer

Geleverd op

 

A2L514

2631962/63

2745442/43

2745444/45

2745446/47

2745448/49

2745450/51

15 juni 1960

2 augustus 1960

          ,,

          ,,

          ,,

          ,,

 

 

Nu in SIJ fabrieksnummer 60001; zie de tabel hieronder.

 

 

Nu in SIJ fabrieksnummer 60006; zie de tabel hieronder.

A4L514

2667155/58

2667159/62

2667163/66

2667167/70

2667171/74

2667219/22

5 augustus 1960

          ,,

          ,,

          ,,

          ,,

          ,,

 

Nu in SIJ fabrieksnummer 6008; zie de tabel hieronder.

 

 

 

 

A2L514

2799075/76

2801989/90

2801991/92

2801993/94

2801995/96

2801997/98

14 november 1960

13 maart 1961

          ,,

          ,,

          ,,

          ,,

 

 

 

Nu in FWM no. 32, Oekoven (Duitsland); zie de tabel hieronder.

 

 

A2L514

2801987/88

2880688/89

2880690/91

2880692/93

2880694/95

2880998/99

13 maart 1961

25 juni 1961

          ,,

          ,,

          ,,

          ,,

 

 

Nu (met loc) bij de KGB; zie de tabel hieronder

 

 

 

Het ging dus om de motoren en versnellingsbakken van 18 locs van het type A2L514 en 6 locs van het type A4L514. De volgende locs zijn bekend:

 

Spoorijzer

fabrieksnr 1)

Type

Motor-

nummer

Bouw-jaar

Spoorwijdte

(mm)

Eigenaar

60001

A2L514

2745444/45

?

600

Zürcher Ziegeleien AG; Werk Gießhübel; no. 14 (Zwitserland) 2)

60006

A2L514

2745450/51

1960

600

1) Nordcement, Werk Wunstorf (Duitsland); no. 1    

2) 1981: FWM, Oekoven (Duitsland); no. 24 3)

6007 of

60007

A4L514

 

1961

785

1) Aalborg Portland Cement (Denemarken)

2) 1988 Hedelands Veteranbane (Denemarken); no. M22 

6008

A4L514

2667159/62

1963

750

760

1) Blei- und Silberhütte Braubach (Duitsland); no. III

2) 1980: Club 760  (Oostenrijk); "Hannes Walter" (zie foto hieronder); later VL Braubach

60009

A4L514 

 

1960

600

1) Kieswerk Schulte & Bruns, Kalkar-Wissel (Duitsland); no. 17
    Klik – indien nodig - na het aanklikken van de link op “Hier geht es zur
    gewünschten Seite”; er volgt een prachtige fotoreportage.

2) Hans-Rolf Küpper, Pulheim (Duitsland)

3) Feld-, Wald- und Wieseneisenbahn Ottendorf bei Mittweida (D) 4)

4) Kleinbahn Waldheim – Kriebstein 4)

60010

A4L514

 

?

600

Kieswerk Schulte & Bruns, Kalkar Wissel (Duitsland); no. 19 5)

6010

A4L514

 

1960

780

600

1) Staalfabriek Nyby Bruk (Zweden)   

2) 1983: RLJ, Åtvidaberg (Zweden), no. 4 " Nyby" 6)

6013

?

 

?

600

 Coloane (onderdeel van het voormalige Portugese Macao bij China)

?

A2L514

2801991/92

1961

600

1) Berzelius Metallhütten → BUS → Sudamin, zelfde locatie in Duisburg

2) 2005: KGB Feldbahn (Kissinger-Garten-Bahn van Ekkehard Müller-Kissing in Hagen)

 ?

A2L514

2801993/94

1961

600

1) Steenfabriek in Rijkevorsel (België)

2) 1983: FWM, Oekoven (Duitsland); no. 32         

 

1)

SIJ is een nieuwe nummering begonnen, beginnend met 60001. Mogelijk is de achtergrond dat Deutz tot fabrieksnummer 58135 is gekomen. Er zitten enkele raadsels in de nummering: soms wordt een 0 weg gelaten en verder komt nummer 60010 of 6010 twee maal voor.

2)

Deze steenfabriek beschikte als nummer 11 ook over Deutz 55764 (1954) van het type A2L514 voor 600 mm spooorwijdte. Merkwaardigerwijze staan de Zürcher Ziegeleien AG niet in [2], dat pretendeert alle industrielocs in Zwitserland (ook op smalspoor) te behandelen.

3)

Het Feld- und Werksbahnmuseum Oekoven e.V. (FWM) noemt het type OMZ117F. Dat zou er op kunnen wijzen dat SIJ voor deze loc een frame van een oude OMZ117F heeft gebruikt. SIJ had diverse van deze machines voor de verhuur.

4)

Voorzitter van genoemde museumlijnen is de onder 2) genoemde Hans-Rolf Küpper. De Kleinbahn Waldheim – Kriebstein bevond zich anno 2011 in grote problemen.

5)

Het Kieswerk Kalkar-Wissel beschikte  tot 1981 over meer dan tien locs van het type A4L514 voor het vervoer van grind tussen de groeves en de Rijn. Een aantal was nieuw gekocht van Deutz, maar er waren ook vier tweedehands exemplaren van Terwindt & Arntz in Lobith, één van de steenfabriek Bingerden en één uit België. Omdat de Spoorijzer locs de nummers 17 en 19 hadden en de identiteit van loc 18 niet bekend is, lijkt het mogelijk dat ook loc 18 een Spoorijzer was. Daartegen pleiten echter de opeenvolgende SIJ fabrieksnummers van de locs 17 en 19.

6)

 

Deze loc reed als nummer 72 op het 780 mm net van de staalfabriek Nyby Bruk. Dit net werd in 1981 gesloten. Foto van Åke Asph, 1997→

 

Nyby” kwam in 1983 bij de museum lijn Risten Lakviks Järnväg (RLJ), nadat de loc eerst bij de werkplaats van de TGOJ omgespoord was naar 600 mm spoorwijdte en het gewicht verlaagd was van 14 tot 8,5 ton.

 

Het motornummer is 1941185-88 (bouwjaar 1956). Dat nummer komt echter niet in bovenstaande lijst voor.

Mogelijk is er ooit een ruilmotor ingezet.

 

A4L14LizenzZweden.jpg

 

Opmerkingen

-

Bij geen van de nog bestaande locs is al op het eerste gezicht duidelijk – bijvoorbeeld in de vorm van een fabrieksplaat – dat het om een SIJ product gaat. Behalve ovale fabrieksplaten met fabrieksnummer en bouwjaar bracht Deutz ook wiebertjes met alleen de naam Deutz aan.

 

Op loc 24 van het FWM in Oekoven  is op zo’n plaat duidelijk te zien dat het om licentiebouw gaat en is de naam Spoorijzer bescheiden zichtbaar. Foto: Pierre de Greeuw, 1984 →

 

A4L14LizenzLogo.JPG

-

Fleischmann bracht tussen 1992 en 2009 onder de naam “Magic Train” robuuste modellen uit in de schaal Oe. Schaal O wil zeggen 1:43,5 en Oe betekent dat “het grote voorbeeld” smalspoor is met een spoorwijdte van 750 of 760 mm. Het voordeel van Oe is dat het gewone HO railmateriaal gebruikt kan worden.

 

 “Magic Train” was speciaal bedoeld voor kinderen vanaf vijf jaar, maar Fleischmann’s model 2240 van de “Hannes Walter” (anno 2011: VL Braubach) van Club 760 in Oostenrijk ziet er volwassen uit. Alleen lijken de bladveren niet te zijn nagebootst; vergelijk met de Zweedse foto hierboven →

 

De loc reed oorspronkelijk bij de Blei- und Silberhütte Braubach in Duitsland, die ook twee “echte” Deutz A4L514’s had.

Het model werd door Fleischmann ook in een andere uitvoering geleverd (nr 2245 in rood, met Deutz fabrieksplaat).

Hannes Walter.JPG

Conclusies

-

Omdat het hoogst bekende fabrieksnummer 60013 is, moet Spoorijzer minstens 13 Deutz locs in licentie gebouwd hebben. Daarvan zijn er 10 bekend: 5 locs van het type A4L514 (terwijl er 6 motoren en versnellingsbakken geleverd zijn) en slechts 4 locs van het type A2L514 (terwijl er 18 motoren en versnellingsbakken geleverd zijn). SIJ kan echter ook motoren uit de groep van 18 hebben gebruikt voor inbouw in vooroorlogse OMZ117F’s. Verder zal een rol spelen dat op foto’s een in licentie gebouwde loc nauwlijks van een originele Deutz loc te onderscheiden is.

Van één loc is het type niet duidelijk.

-

Er lijkt een relatie tussen de motornummers en SIJ fabrieksnummers te zijn: in de SIJ fabrieksnummers 60006 en 6008 zijn respectievelijk de zesde en achtste door Deutz geleverde motor ingebouwd (voor 60001 klopt het helaas minder goed).

-

Er zijn relatief veel - (minstens zes) - door Spoorijzer in licentie gebouwde Deutz locs bij museumlijnen bewaard gebleven. Dat komt omdat deze locs relatief laat gebouwd zijn.

 

Met dank aan:

Toon Steenmeijer, Pierre de Greeuw en Åke Asph.

 

 

 

Bronnen:

[1]

Deutz leverlijst en andere gegevens in de collectie van Toon Steenmeijer.

[2]

Sebastien Jarne, “Locomotives Industrielles de Suisse”, VRS 1994.

 

 

{

Spoorijzer (inleiding)

Terug/verder naar:

Nieuw                                    Home                                         Inhoud